Thermische onderbrekingsmateriaal is een speciaal ontworpen stof die een barrière vormt met een hoge thermische weerstand binnen een anderszins geleidend assemblage, met als doel thermische bruggen te verminderen. De keuze ervan is gebaseerd op een cruciale balans van eigenschappen, waarbij lage thermische geleidbaarheid moet worden gecombineerd met voldoende mechanische sterkte, duurzaamheid op lange termijn en verwerkbaarheid. Hoewel diverse harde schuimen en sommige thermoharders zijn gebruikt, is de industrienorm voor hoogpresterende toepassingen, met name bij aluminium raamconstructies en structurele thermische onderbrekingen, glasvezelversterkt polyamide 66 (PA66). Dit composietmateriaal, met een glasvezelgehalte dat meestal varieert van 25% tot 30%, biedt een optimale combinatie van eigenschappen: een thermische geleidbaarheid van ongeveer 0,3 W/m·K, wat vele malen lager is dan aluminium, gecombineerd met hoge trek-, druk- en schuifvastheid. Deze mechanische robuustheid is absoluut noodzakelijk, omdat het materiaal structurele belastingen moet overdragen tussen de binnen- en buitenste metalen delen, terwijl het kruip (koudvloeien) moet weerstaan onder constante druk gedurende tientallen jaren in gebruik. Bovendien moet een effectief thermisch onderbrekingsmateriaal uitstekende thermische stabiliteit vertonen, met een smeltpunt boven 250°C om hoge verwerkingstemperaturen te kunnen doorstaan, en een hoge Hitte-vervormingstemperatuur (HDT) om dimensionele integriteit te behouden onder praktijkomstandigheden. Bestandheid tegen milieufactoren zoals UV-straling (indien blootgesteld), vocht en chemicaliën zoals alkaliën in beton of schoonmaakmiddelen is eveneens essentieel. Het materiaal moet compatibel zijn met productieprocessen zoals extrusie voor strookprofielen of gieten voor de "giet-en-ontbrug"-methode bij aluminiumramen. Uiteindelijk bepaalt de keuze van het thermische onderbrekingsmateriaal direct de energie-efficiëntie, condensweerstand, structurele veiligheid en levensduur van het gehele assemblage, waardoor het een hoeksteen vormt van modern duurzaam bouwen en een kritiek aandachtspunt van materiaalkunde in de bouw.