De prijs van een extrudermachine is sterk variabel en wordt bepaald door een uitgebreide set factoren die verband houden met de capaciteit, technische specificaties en meegeleverde functies. Een kleine, eenvoudige laboratoriumsingle-screw-extruder kan beginnen in het bereik van $20.000 tot $50.000, terwijl een complete industriële productielijn met hoog rendement en uitgebreide geautomatiseerde afvalsystemen gemakkelijk meer dan $1.000.000 kan bedragen. De belangrijkste kostenfactor is de extruder zelf, waarvan de prijs afhankelijk is van de schroefdiameter, L/D-verhouding en het vermogen van het aandrijfsysteem. Een grotere machine die is ontworpen voor een hoog doorvoervermogen zal een aanzienlijk hogere prijs hebben. De schroef- en cilindertechnologie is een andere belangrijke factor; een standaard genitreerde cilinder en schroef voor polyolefinen is veel goedkoper dan een bimetalen cilinder met een gespecialiseerde, slijtvaste schroef voor de verwerking van zeer schurende glas- of mineraalversterkte compounden. De mate van automatisering en de geavanceerdheid van het regelsysteem (van basis PID-regelaars tot geavanceerde PC-gebaseerde SCADA-systemen met datalogging) vormt een aanzienlijk deel van de kosten. Van cruciaal belang is dat de vaak geciteerde "prijs van de extrudermachine" soms alleen betrekking heeft op de centrale unit. De totale systeemprijs moet essentiële randapparatuur omvatten: de downstream-apparatuur (afvoerinstallatie, snijder, wikkelaar), de upstream-drogers en laders, en de op maat ontworpen matrijs, die op zichzelf tienduizenden dollars kan kosten. Tot slot beïnvloeden ook de merkreputatie van de fabrikant, de engineeringondersteuning en de opname van diensten zoals installatie en training de uiteindelijke prijs, waardoor het essentieel is dat kopers een grondige total cost of ownership-analyse uitvoeren.